De
werkgever mag de fooi ook niet verrekenen met eventuele kasverschillen,
want
dan eigent hij zich de fooien eerst toe om ze vervolgens uit te
betalen. En dan
is het geen fooi, maar loon. Als de werkgever namelijk de fooi eerst
opeist om
die te verrekenen met een eventueel kasverschil, dan eigent hij zich
dus
feitelijk eerst de fooi toe alsof híj de fooi heeft
ontvangen. De werkgever
heeft zich de fooi dan toegeëigend alsof het zijn fooi was.
Als hij hiervan
vervolgens het restant aan zijn werknemers betaalt, dan betaalt hij dat
en dus niet
de klant of gast. Omdat het geld nu van de werkgever komt, is het niet
langer
een fooi maar gewoon loon. Een werkgever betaalt namelijk geen fooi,
maar loon.
Zie bijvoorbeeld
deze
uitspraak (Rb Den Haag 6 augustus 2010,
ECLI:NL:RBSGR:2010:BN4692):
“Hiervan uitgaande is de rechtbank van
oordeel dat eiseres de als fooien van de klanten ontvangen bedragen
eerst
aanwendde ten eigen bate en dat de (resterende) bedragen die de
werknemers
daarna (uiteindelijk) als fooi ontvingen door eiseres aan hen zijn
uitgekeerd
als beloning voor de door hen uit hoofde van hun dienstbetrekking
verrichte
werkzaamheden. Deze bedragen vormen dan door eiseres verstrekt loon,
waarop
niet artikel 12, maar artikel 10 van de Wet van toepassing
is.”
Lees verder: