Hulp nodig?

Stel hier je vraag:
  • Quickscan:
  • Snel antwoord
  • Kosten: € 4,99
Stel je vraag


Korte vraag, kort antwoord:
we beoordelen snel of je kans maakt.

Heb je een laag inkomen? Stuur het bewijs mee, dan helpen we voordelig - of zelfs gratis verder!

Juridisch Loket

(60 c/m)

Juridische vraag?



NuRecht kijkt verder!

Juridisch loket NuRecht wil het beste juridisch advies geven. Bij een juridische vraag zagen wij een fout in de wet. Om de juridische vraag tóch te kunnen beantwoorden, hebben wij de juridische vraag doorgestuurd naar de Tweede Kamer . Minister Blok heeft inmiddels laten weten: “De wet zal worden hersteld!”.

U over NuRecht



Gratis juridisch advies

Juridische hulp en advies

NuRecht geeft als Juridisch Loket gratis juridisch advies in alle rechtsgebieden. Rechtswinkel NuRecht helpt vooral veel in het Privaatrecht, bijvoorbeeld over:

Daarnaast krijgen wij ook veel juridische vragen over het Bestuursrecht, bijvoorbeeld over: Maar ook krijgen wij veel algemene juridische vragen: waar kan ik een goedkope advocaat vinden? Hoe kan ik mijn koopovereenkomst vernietigen? Ons Juridisch Loket helpt u graag verder bij al uw juridische vragen!

Gratis juridisch advies

Juridisch Loket & juridisch advies

Het Juridisch Loket biedt laagdrempelige toegang tot het recht door middel van telefoon, computer of fysiek kantoor, waarmee iedereen doeltreffend geholpen kan worden. Sommige juridische vragen zullen daarmee direct zijn opgelost. Soms weet men welke stappen men kan ondernemen of waar men elders hulp kan vinden, bijvoorbeeld bij een advocaat. Wordt verwezen naar een advocaat, dan dient voor een cliënt duidelijk te zijn was zijn kansen zijn in een procedure, wat de kosten daarvan zijn en welke risico’s er zijn.[2]

Doelstelling Juridisch Loket

De Minister van Justitie, J. P. H. Donner, verduidelijkte omtrent de doelgroep en de doelstelling van het Juridisch Loket:
‘Het Juridisch Loket richt zich op de rechtzoekende die naar inkomen en vermogen in aanmerking komt voor gesubsidieerde rechtsbijstand. Het Juridisch Loket zal bereikbaar zijn via een landelijke website (24 uur per dag), een landelijk telefoonnummer (tijdens kantooruren) en fysiek (tijdens kantooruren). Tevens is voorzien in een avondopenstelling waarbij aangesloten wordt bij de koopavond in de gemeente van vestiging. De rechtzoekende kan bij het Juridisch Loket terecht op het gebied van arbeidsrecht, personen- en familierecht, sociale zekerheidsrecht, huur- en woonrecht, fiscaal recht, vreemdelingenrecht, verbintenissen- en goederenrecht, strafrecht en bestuursrecht. Hiertoe zijn de meest voorkomende rechtsvragen op deze gebieden opgenomen in een ‘productenhandboek’, dat tevens geautomatiseerd aan de medewerkers ter beschikking staat. […] Aan de balie van het juridische loket wordt desgevraagd informatie verstrekt en vindt vraagverheldering plaats. Daaropvolgend kan een advies worden gegeven in een kosteloos spreekuur. Indien het probleem van de rechtzoekende van zodanige aard of omvang is, dat de oplossing niet binnen het Juridisch Loket kan worden gevonden, wordt hij doorverwezen. Deze doorverwijzing kan zich richten op bijvoorbeeld de advocatuur, sociaal raadslieden, geschillencommissies en mediators.’[3]

Juridisch Loket & voorlichting

In 2001 heeft het Verwey-Jonker Instituut in opdracht van de Raden voor Rechtsbijstand de toekomst van het stelsel van gesubsidieerde rechtsbijstand verkend. In het rapport ‘Toekomstverkenning Gefinancierde Rechtsbijstand’ heeft het Verwey-Jonker Instituut daartoe verschillende scenario’s uitgewerkt en daarbij een opzet gemaakt voor een nieuw stelsel van gesubsidieerde rechtsbijstand. Een belangrijk element was daarbij dat gesubsidieerde rechtsbijstand meer inzichtelijk moest worden gemaakt en toegankelijker moest worden. Dat zou kunnen met de invoering van een Juridisch Loket. Daar zou men dan informatie kunnen inwinnen en een extra korting op gesubsidieerde rechtsbijstand. Bij het Juridisch Loket kan men in die opzet langsgaan, telefonisch juridisch advies krijgen en gratis juridisch advies via internet.[4]

Juridisch Loket - ‘marktwerking’

Het Verwey-Jonker Instituut had daartoe ondermeer de volgende aanbevelingen gedaan:

  • ‘Een grotere marktwerking door een structuurwijziging waarin de bureaus rechtshulp geleidelijk worden omgevormd tot volledig op de markt concurrerende advocatenkantoren. Het wettelijke verschil tussen de bureaus rechtshulp en de overige rechtsbijstandverleners komt te vervallen. Door markt- en productontwikkeling verschaffen de bureaus zich een bredere financiële basis dan louter publieke middelen. De raden kunnen advocatenkantoren (inclusief de voormalige bureaus rechtshulp) laten intekenen op tenders die recht geven op het huren van kantoorruimte voor het spreekuur op dezelfde lokatie als het juridisch loket.
  • De inrichting van een nieuw juridisch loket, zowel fysiek als virtueel, met verwijsfunctie en toegankelijk voor alle burgers. Het loket bestaat uit een frontoffice waar de rechtzoekende informatie kan verkrijgen over mogelijke (juridische) oplossingen van zijn probleem. Een backoffice ondersteunt het frontoffice en zorgt zo nodig voor een voucher.
  • Een kwaliteitsimpuls (certificering) van de sociale advocatuur met daaraan gekoppeld een marktconform tarief, aandacht voor opleidingen, een steunpunt voor startende sociaal advocaten.
  • De introductie van mechanismen van vraagsturing (participatie van Wrb-gerechtigden, vouchers en virtuele marktplaats).’[5]
Voorgesteld werd een systeem waarbij het Bureau voor Rechtshulp (Juridisch Loket) op gelijke wijze als de advocatuur zou worden bekostigd. Het Bureau voor Rechtshulp werd immers volledig gesubsidieerd.[6]

Juridisch Loket & toegankelijke rechtsbijstand

Op 18 juni 2011 richtte de Staatssecretaris van Justitie, N.A. Kalsbeek, een brief aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal waarin zij aangaf dat ‘de instandhouding van een toegankelijk stelsel van rechtsbijstand óók voor minderdraagkrachtigen […] een wezenskenmerk van een moderne rechtsstaat [is]'. Eén van de beleidsvoornemens was daarom: ‘Uitwerking van de voorstellen van het Verweij Jonker Instituut voor de inrichting van een Juridisch Loket en een analyse van de voor- en nadelen van een herpositionering van de bureaus rechtshulp voor de toegankelijkheid, de continuïteit en de betaalbaarheid van de rechtshulpvoorziening.’[7] De staatssecretaris verduidelijkte in haar brief dat het Juridisch Loket ondersteuning geeft, algemene informatie, juridisch advies en of het noodzakelijk zou zijn om een (bepaalde) advocaat te benaderen. Via een systeem van ‘vouchers op basis van ICT’ zou aan het Juridisch Loket een stelsel van gesubsidieerde rechtsbijstand worden verbonden. Het beheer en de aansturing van het Juridisch Loket is daarbij toebedacht aan de raden voor rechtsbijstand als ‘backoffice’ van het Juridisch Loket.[8]

Juridisch Loket & voordeel?

Het voordeel van het Juridisch Loket is in dit voorstel dat minderdraagkrachtige rechtzoekenden vrij kunnen kiezen tussen een advocatenkantoor (advocaat) of een Bureau voor Rechtshulp. Het Bureau voor Rechtshulp en de Raad voor Rechtsbijstand nemen dan als marktpartijen deel aan dit stelsel.[9]

Verschil tussen ‘voucher’ en ‘toevoeging’

De toevoeging moest door de advocaat of rechtsbijstandverlener worden aangevraagd, terwijl iedereen voor rechtsbijstand zelf bij het Juridisch Loket (de raad voor rechtsbijstand) een voucher zou kunnen aanvragen. Voor het krijgen van de voucher zou men een eigen bijdrage moeten betalen aan het Juridisch Loket, waarna zelf een advocaat of rechtsbijstandverlener zou kunnen worden aangezocht. Daar zou de voucher dan moeten worden ingeleverd, waarna de advocaat of rechtsbijstandverlener een declaratie bij de Raad voor de Rechtsbijstand zou kunnen indienen. Eventueel zou ook de advocaat of rechtsbijstandverlener een voucher kunnen aanvragen.

Voucher bij Juridisch Loket?

De staatssecretaris merkte over het voorstel van het Verweij Jonker Instituut op: ‘Vouchers worden in het algemeen gezien als een effectief middel om de consument meer zeggenschap te geven over gesubsidieerde diensten. De vraag is evenwel wat een voucher in de rechtsbijstand toe kan voegen. De rechtzoekende staat het immers volgens het huidige stelsel vrij zelf een raadsman te kiezen. De daarvoor noodzakelijke toevoeging suggereert weliswaar dat een derde bepaalt welke advocaat aan de rechtzoekende wordt toegewezen, de facto maakt de rechtzoekende zelf zijn keuze door simpelweg bij een advocatenkantoor binnen te lopen. De enige beperking is dat de advocaat bij de raad ingeschreven moet staan. Ik zie dan ook geen overtuigende argumenten om de als begrip ingeburgerde toevoeging te vervangen door een voucher.’[10]

Motie Ross-Van Dorp c.s.

Er volgde een motie van het lid Ross-Van Dorp c.s. waarin werd aangedrongen op een ‘experiment’ met het Juridisch Loket, nu ‘de uitkomsten van die experimenten met een Juridisch Loket zoals voorgesteld door de bureaus voor rechtshulp, advocatuur en consumentenorganisaties, van grote waarde zullen zijn voor het te voeren gemeen overleg over de toekomst van de gefinancierde rechtsbijstand’.[11] De staatssecretaris (Kalsbeek) liet daarop als antwoord volgen:

‘Het Juridisch Loket is de eerste entree van de rechtzoekende of de vermeende rechtzoekende die zich met zijn problemen meldt. Aan het loket wordt beoordeeld of het om een juridisch probleem gaat. Daar vindt de selectie plaats tussen toevoegingszaken en zaken die doorverwezen worden naar het verlengde spreekuur enz. Dat Juridisch Loket is dus de beoordelende en de verwijzende instantie. Om die reden is het van groot belang dat gewaarborgd is dat het loket onafhankelijk functioneert. Het kan niet zo zijn dat het loket gekoppeld is, belangen heeft, bij een bureau voor rechtshulp en verdacht zou kunnen worden van te automatisch doorverwijzen naar een bepaald deel van de beroepsgroep. Om die reden moet de volgorde omgekeerd zijn. Er moet eerst ten principale een besluit worden genomen over de positie van de bureaus voor rechtshulp; worden deze opengesteld voor de betalende praktijk en, zo ja, onder welke condities? Als de beslissing daarover is genomen, kan vervolgens een besluit worden genomen over het loket. Het is onlogisch en onverstandig om gelijktijdig te experimenteren met het loket, de ingang, en de betalende praktijk. Overigens kan ik mij niet precies voorstellen wat u ermee bedoelt. Eerst moet een besluit worden genomen over het veld waarnaar verwezen wordt om vervolgens de positie van het loket te kunnen bepalen. Ik ontraad daarom aanvaarding van de motie.’[12]


Commissie Ouwerkerk

Bij brief van 17 oktober 2001 kondigde de staatssecretaris van justitie de instelling van een onafhankelijke commissie aan onder leiding van drs. H.W. Ouwerkerk, oud-voorzitter van de raad voor rechtsbijstand Leeuwarden. De Commissie Ouwerkerk zou adviseren over de voor- en nadelen van een herpositionering van de bureaus rechtshulp en de gevolgen voor de bestuurlijke opzet van het stelsel met een Juridisch Loket.[13]

Juridisch Loket & werkgroep ‘loket’

Naar aanleiding van de motie Ross-Van Dorp c.s. werden door de werkgroep loket vier experimenten voorbereid waarvan er uiteindelijk twee zijn voorgedragen voor uitvoering, namelijk in Amsterdam en Rotterdam. Een landelijk experiment met het Juridisch Loket bleek niet mogelijk, hoewel dat aanvankelijk wel de bedoeling was. De Minister van Justitie, J. P. H. Donner, deelde de Kamer echter mede dat de uitkomsten van deze experimenten te lang op zich zouden laten wachten, terwijl ook zonder dergelijke experimenten duidelijke keuzes zouden kunnen worden gemaakt ten aanzien van de inrichting van het Juridisch Loket. Om die reden besloot de minister de motie niet langer uit te voeren.[14]

Advies van de Commissie Ouwerkerk

In februari 2002 volgde het advies van de Commissie Ouwerkerk; de commissie Toekomstige inrichting stelsel gesubsidieerde rechtsbijstand. De staatssecretaris had geconstateerd dat advocaten enerzijds een verminderde belangstelling hadden voor gesubsidieerde rechtsbijstand, en anderzijds dat door rechtzoekenden een verminderd beroep werd gedaan op de voorziening. Als oplossing voor dit probleem werd gedacht aan de herpositionering van het Bureau voor Rechtshulp en de instelling van het Juridisch Loket.

De Commissie Ouwerkerk constateerde dat het stelsel van gesubsidieerde rechtsbijstand bestaat uit een vraag- en een aanbodzijde. De vraagzijde had daarbij betrekking op minder-draagkrachtige personen. Vanwege de inkomensgroei van voorgaande jaren aan 2002, was de bevolkingsgroep die hier (gezien het inkomen) aanspraak op kon maken afgenomen. Bovendien was het imago van het Bureau voor Rechtshulp ‘onvoldoende’. De commissie concludeerde:

‘Het aanbod van rechtshulpverleners baart op termijn zorgen doordat onvoldoende jonge juristen kiezen voor sociale rechtshulp. Achtergrond hiervan lijkt te zijn dat het imago van de gesubsidieerde rechtsbijstand slecht is en dat er veel bureaucratie wordt ervaren. Bovendien is sprake van een krimpende doelgroep, waarvan de problemen complexer lijken te worden. Het werken in de rechtshulp biedt onvoldoende mogelijkheden tot ontplooiing, wat is te herleiden tot de aard van het werk (op de lange duur), de beloning en het loopbaanperspectief. Hierdoor dreigt te zijner tijd de vraag van rechtzoekenden niet meer adequaat beantwoord te kunnen worden.’[15]

De commissie onderscheidde publieke en private taken van het Juridisch Loket. Het houden van een spreekuur en de loketfunctie werden gezien als publieke taak, terwijl verdergaande rechtsbijstand een private taak was. Geadviseerd werd om het spreekuur daarom te verlengen tot een uur, zodat wat daarin niet zou kunnen worden afgehandeld, middels toegevoegde rechtshulp (privaat) zou kunnen worden afgedaan.[16]

Juridisch Loket: verschil met Bureau voor Rechtshulp?

De commissie stelde zich de vraag: 'Wat voegt het Juridisch Loket toe aan de bestaande publieksfunctie bij de Bureaus Rechtshulp?' De dienstverlening van het Juridisch Loket zou immers vooral bestaan uit:

  • vraagverheldering,
  • nadere uitwerking van de juridische vraag
  • indeling van vragen in eenvoudige hulpvragen en complexe hulpvragen, informatievragen en urgente hulpvragen) en
  • verwijzing voor alle burgers.

NuRecht uw Juridisch Loket?

Als u wilt weten of NuRecht voor u fungeert als Juridisch Loket dan is hier de check waar u dit kunt nagaan: Juridisch Loket NuRecht?


De commissie constateerde dan ook dat het Juridisch Loket naar zijn aard nauwelijks afwijkt van de dienstverlening die met het toenmalige Bureau voor Rechtshulp werd aangeboden. Het verschil was dan ook niet gelegen in de dienstverlening, maar in de wijze van uitvoering: met het Juridisch Loket zou van het Bureau voor Rechtshulp verschillen door de organisatie ervan, de inzet van ICT, marketingtechnieken en de breedte van de doelgroep. Ongeveer de helft van de verzoeken die het Bureau voor Rechtshulp ontving werd doorverwezen naar een advocaat, en verwacht werd dat dit bij het Juridisch Loket niet anders zou zijn. Twee elementen achtte de commissie van essentieel belang voor het succes van het Juridisch Loket:

  • De kwaliteit van de dienstverlening: Het loket dient te beschikken over actuele kennis van de sociale kaart en recente juridische ontwikkelingen. Hiertoe is een investering in kennismanagement nodig. Bovendien dient elektronische informatie-uitwisseling tussen loketmedewerkers onderling en met andere (rechts)hulpverleners mogelijk te zijn.
  • De onafhankelijkheid van het loket moet gewaarborgd zijn.


De commissie adviseerde om het Bureau voor Rechtshulp (Juridisch Loket) enkel een publieksfunctie te laten hebben met het loket en het spreekuur. Indien het Juridisch Loket ook zelf de betalende praktijk zou gaan waarnemen, dan zou dit het Juridisch Loket ‘in een hybride positie brengen door zowel in het publiek als in het privaat domein te opereren, waardoor ongewenste belangenverstrengeling zou optreden.’ De commissie gaf nog mee: ‘Het loket moet door de combinatie met het spreekuur een aansprekende organisatie worden waar voor medewerkers op verschillende niveaus uitdagend werk te vinden is.’ [17]

Omtrent de ‘verlengde adviestoevoeging’ van het Bureau voor Rechtshulp deed de commissie de aanbeveling om deze onder te brengen bij private rechtshulpverleners. ‘Hierdoor wordt de marktwerking gestimuleerd en beperkt de publieke taak zich tot de kerntaken van de Bureaus Rechtshulp.’

De Minister van Justitie verduidelijkte later op vragen in de kamer omtrent het verschil tussen het Juridisch Loket en het Bureau voor Rechtshulp:

‘De service die thans wordt geboden in de publieksfunctie van de Bureaus Rechtshulp als geheel zal overgaan naar het juridisch loket, met meer inhoudelijke mogelijkheden tot informatieverschaffing, vraagverheldering en doorverwijzing. Door de verlenging van het spreekuur tot een uur zullen de mogelijkheden tot inhoudelijke service toenemen. Deze maatregelen worden ondersteund door verder te investeren in de kwaliteit van het personeel, ICT-diensten en uitbreiding van het aantal minuten dat per rechtzoekende beschikbaar is voor de publieksfunctie.’ [18]

Juridisch Loket & wettelijke verankering

Om het Juridisch Loket in een nieuw stelsel de plaats van het Bureau voor Rechtshulp te laten innemen, concludeerde de Commissie Ouwerkerk, dat hiervoor noodzakelijk was:

  • Aanpassing van het wettelijk takenpakket van de stichtingen rechtsbijstand (Bureaus Rechtshulp), door in de wet op te nemen dat de stichtingen rechtsbijstand als taak hebben het aanbieden van een Juridisch Loket en het aanbieden van spreekuren. De spreekuren zouden één uur moeten duren.
  • Afschaffing van het verlengd spreekuur en vervanging door toevoegingen waarvoor de advocatuur zich inzet en committeert.
  • Inbouw van prijsprikkels in het vergoedingenstelsel waardoor kortdurende rechtshulp relatief beter wordt betaald dan langdurende (zowel ten aanzien van het spreekuur als ten aanzien van toevoegingen). Ook aan de vraagzijde wordt een prijsprikkel ingebouwd door de afschaffing van het verlengde spreekuur, waardoor de rechtzoekende de inkomensafhankelijke eigen bijdrage betaalt voor verdergaande rechtshulp na het kosteloze spreekuur van een uur.
  • Uitvoeren experimenten Juridisch Loket. Hiertoe worden reeds voorbereidingen getroffen. De experimenten moeten inzicht geven in het bereik van de doelgroep van de Wrb en in de effecten van een koppeling aan een back-office dat een spreekuur van één uur aanbiedt.
  • Monitoring van de effecten van spreekuur en toevoegingen op het aantal zaken dat wordt afgedaan en op ongewenste vraag- en aanboduitval.
  • Samenvoeging van de vijf Raden voor Rechtsbijstand tot één landelijke raad met vijf uitvoeringsorganisaties. Versterking van de beleidsmatige aspecten van de landelijke raad en haar uitvoeringsorganisaties. [19]



Juridisch Loket & voorstel

In lijn met het advies van de Commissie Ouwerkerk werd van regeringszijde het voorstel gedaan om een Juridisch Loket in te stellen dat voorziet in de publieksfunctie, met een spreekuur van een uur voor kortdurende rechtsbijstand. Het Juridisch Loket zou vooral een verhelderende en verwijzende functie hebben voor de rechtzoekende. Verdergaande rechtshulp zou worden uitgeoefend door de advocatuur. Hierdoor zou een stelsel ontstaan waarin publieke en private taken helder gescheiden zijn.[20]

De organisatie van het Juridisch Loket

Conform het advies van de commissie Ouwerkerk werd dus gekozen voor een duidelijke scheiding tussen publieke en private functies bij het Juridisch Loket. Deze scheiding had tot gevolg dat het Juridisch Loket louter belast zou worden met publieke taken, voor rechtzoekenden die aanspraak kunnen maken op gesubsidieerde rechtsbijstand. Het Juridisch Loket zou daarbij een landelijk uniforme structuur krijgen, waarin als taken worden uitgevoerd:

  • vraagverheldering,
  • informatieverstrekking,
  • verwijzing en
  • het verlenen van kortdurende rechtsbijstand in eenvoudige zaken in een spreekuur van maximaal een uur.
De overige taken die op dat moment nog door het Bureau voor Rechtshulp werden uitgevoerd, te weten het verlengde spreekuur en toegevoegde rechtsbijstand, zouden in de toekomst worden verricht door private rechtsbijstandverleners (advocaten).[21]

Kiezen voor het Juridisch Loket of de advocatuur?

In het gewijzigde stelsel zou het Bureau voor Rechtshulp dus opgaan in een stelsel met het Juridisch Loket. De juridische medewerkers van het Bureau voor Rechtshulp dienden daarom aan te geven hoe zij zich zouden willen ontwikkelen: in de richting van het Juridisch Loket of in de richting van de advocatuur. De bureaumedewerkers kregen daarnaast de keuze over te stappen naar de loketorganisatie, naar de advocatuur, dan wel & in uitzonderingsgevallen & naar een loopbaan buiten het stelsel van gesubsidieerde rechtsbijstand.[22] De medewerkers die op dat moment bij het Bureau voor Rechtshulp werkzaam waren en die zich daar bezighielden met de publieke taken, zouden deze in principe kunnen voortzetten, maar dan vanuit het Juridisch Loket. De minister merkte op dat dit in veel gevallen wellicht zelfs op exact dezelfde locatie zou zijn waar op dat moment een Bureau voor Rechtshulp was gevestigd. Omwille van herkenbaarheid en bereikbaarheid zou in een aantal gevallen naar andere locaties worden gezocht.[23]

Randvoorwaarden van het Juridisch Loket

De Minister van Justitie, J.P.H. Donner, deelde de Kamer mede wat de randvoorwaarden zouden zijn voor het Juridisch Loket en het spreekuur:

  • de tijd voor het spreekuur van het Juridisch Loket is maximaal een uur,
  • er wordt slechts rechtsbijstand verleend in de vorm van een kortdurend juridisch advies voor de oplossing van eenvoudige zaken,
  • het gaat om eenmalige contacten bij het Juridisch Loket, waarbij de cliënt zo nodig nadere informatie krijgt via telefoon of e-mail;
  • er worden geen dossiers voor zaken aangemaakt bij het Juridisch Loket,
  • het Juridisch Loket maakt een klein elektronisch dossier voor een adequate verwijzing en voor registratie van geanonimiseerde productiegegevens om inzicht te verkrijgen in de output van het Juridisch Loket,
  • er wordt door het Juridisch Loket voor cliënt niet schriftelijk naar buiten getreden of bemiddeld in de zin van procedurebijstand; wel wordt hij ondersteund bij het opstellen van een brief die door hemzelf kan worden verzonden; ook kan het Juridisch Loket voor de cliënt telefonisch contact leggen met derden.

De diensten die in het spreekuur worden aangeboden hebben betrekking op zaken in de sfeer van bestuursrechtelijke aanvragen, zoals aanvragen visa voor kort verblijf, machtiging voorlopig verblijf, Terwee-zaken, pro forma bezwaar- en beroepschriften, vragen om herziening van een beslissing op basis van een kennelijke vergunning of van onjuist verstrekte gegevens, kleine claims in consumentenzaken, geschillencommissies consumentenzaken, boetes Wet Mulder e.d.[24]

Juridisch Loket & gevolgen voor de Rechtswinkel en Wetswinkel?

Bij de inrichting van het nieuwe stelsel met het Juridisch Loket zouden de raden voor rechtsbijstand rekening houden met samenwerking met rechtswinkels en sociaal raadslieden. De verwachting was daarom niet dat hieruit negatieve effecten zouden volgen.[25]

Juridisch Loket & een gewilde ‘oplossing’?

De Bureaus voor Rechtshulp reageren verdeeld. Bij de bureaus die wilden toetreden tot het private domein groeide het draagvlak, maar anderzijds werden er ook bezwaren kenbaar gemaakt. Hoofdbezwaar van de tegenstanders was dat het Juridisch Loket geen verdergaande rechtsbijstand kan geven. Ook werd de vraag gesteld waarom verbeteringen niet binnen het toenmalige stelsel konden worden doorgevoerd. Van regeringszijde werd de stelselwijziging verdedigd met als argument dat het toenmalige stelsel een takenpakket kende van het Bureau voor Rechtshulp, dat een ongewenste vermenging van publieke en private taken in zich borg. De stelselwijziging zou derhalve nodig zijn om een heldere scheiding in aan te brengen. Het effect moest zijn dat rechtzoekenden beter worden geholpen bij de analyse van hun probleem, leidend tot een adequaat advies over mogelijke oplossingsrichtingen. [26]

Het voordeel van het Juridisch Loket

Op vragen van de fracties van PvdA en VVD tijdens het algemeen overleg, namelijk of de rechtszoekende wel voordeel zou ervaren bij de komst van het Juridisch Loket, gaf de minister aan dat dit het geval zou zijn, namelijk omdat:

  • het verruimde spreekuur van het Juridisch Loket ten voordele zou strekken,
  • het Juridisch Loket zich volledig zou kunnen concentreren op en specialiseren in de loketfunctie,
  • de bereikbaarheid zou toenemen door een goede spreiding van vestingen van het Juridisch Loket door het gehele land, de verdere vergroting van de toegang per telefoon en daarnaast door de ontwikkeling van een interactieve website,
  • op regionaal niveau door het Juridisch Loket intensief zou worden samengewerkt met advocatenkantoren en,
  • het Juridisch Loket zou worden ondersteund door kennissystemen waardoor landelijke uitwisseling van de meest actuele informatie mogelijk is. [27]

Gefaseerde invoering Juridisch Loket

Doordat de in de motie Ross-Van Dorp c.s. gevraagde experimenten met een Juridisch Loket niet werden uitgevoerd, kon er geen praktijkervaring met het Juridisch Loket worden opgedaan. De Minister van Justitie liet echter weten dat een gefaseerde invoering van het Juridisch Loket naar zijn opvatting voldoende recht zou doen aan de door de Kamer geuite wensen. [28] Eind 2003 maakte de minister bekend dat de Raden voor Rechtsbijstand hadden laten weten dat zij begin 2004 zouden kunnen starten met een landelijke basisorganisatie voor het Juridisch Loket. Daarnaast zouden enkele vestingen van het Juridisch Loket van start gaan met een eerste versie van de nieuwe ICT-ondersteuning. Het Juridisch Loket zou zich in 2004 verder gaan ontwikkelen.[29]

Stichting het Juridisch Loket

De plannen van de minister voorzagen in de vorming van een nieuw op te richten onafhankelijke stichting Juridisch Loket.[30] Daarmee zou een einde komen aan de toenmalige ‘versnipperde’ situatie met 14 aparte stichtingen voor rechtsbijstand (de bureaus voor rechtshulp). Het eindmodel van het Juridisch Loket voorzag in een kern van speciaal hiervoor opgeleide HBO-juristen met daarnaast enkele academisch gevormde juristen en ondersteunende medewerkers.

‘Verlengd spreekuur’ wordt ‘lichte adviestoevoeging’

In de voorgestelde plannen zou het verlengd spreekuur komen te vervallen. Een randvoorwaarde was immers dat het spreekuur ‘maximaal een uur’ zou duren. Vanuit de SP uitte J. De Wit kritiek op dit voornemen: ‘De activiteiten van de bureaus rechtshulp die wij aanduiden met het verlengd spreekuur zorgen ervoor dat mensen die rechtsbijstand nodig hebben, gedurende drie uur aanspraak kunnen maken op ondersteuning, advies of bijstand tegen een zeer laag tarief van € 13,50. Deze taak dreigt volledig te verdwijnen. De minister heeft daarvoor als oplossing de lichte adviestoevoeging gezocht. Mijn grote bezwaar is dat dit het overhevelen betekent van een publieke functie naar een in principe commerciële advocatuur. Dit betekent voor de cliënt dat hij veel eerder naar de advocatuur zal moeten en dat hij ergens terechtkomt waar hij meer moet betalen.’ Vanuit het CDA gaf F. Joldersma te kennen deze zorgen te delen, maar dat feitelijk een andere oplossing werd voorgestaan: ‘Wij vinden dat de huidige bureaus rechtshulp uitermate geschikt zijn om de lichte adviestoevoeging uit te voeren en dat de advocaten en rechtsbijstandverleners van deze bureaus in staat moeten worden gesteld om deze taak uit te voeren. Wij verwachten er weinig heil van als de lichte adviestoevoeging door commerciële advocatenkantoren wordt uitgevoerd, omdat dit voor deze kantoren een weinig interessante functie is.[31]

Frictiekosten Juridisch Loket

Bij elke stelselwijziging treden er frictiekosten op. Deze werden door de Raden van Rechtsbijstand ten aanzien van het Juridisch Loket als volgt begroot: ‘De Raden hebben de startkosten van de Loketorganisatie geraamd op € 9,6 mln. (waarvan € 7 mln. voor ICT) en de transitiekosten van medewerkers naar het private domein op maximaal € 4,4 mln. Tot slot houden de Raden over de periode 2004 tot en met 2006 rekening met € 5,4 mln. aan extra kosten, samenhangend met de gefaseerde invoering. In totaal is er naar inzicht van de Raden dus sprake van maximaal € 19,4 mln. aan frictiekosten. Dit bedrag wordt over minimaal 2 en maximaal 10 jaar verdeeld, rekening houdend met de maximale doorlooptijd van het sociaal plan voor de transitiekosten van medewerkers naar het private domein.’[32]

Wet op de rechtsbijstand

De stelselherziening zou een beperkte aanpassing van de Wet op de rechtsbijstand inhouden, omdat met de introductie van het Juridische Loket enkel de positie en de taken van het Bureau voor Rechtshulp zou worden gewijzigd. De stelselwijziging zou & met andere woorden & het totale volume aan gesubsidieerde rechtsbijstand niet wijzigen.[33] Wel diende de nieuwe verantwoordelijkheden en bevoegdheden wettelijk te worden vastgelegd & bijvoorbeeld van het Juridisch Loket & en ook moest worden voorzien in een juridische grondslag voor de ‘lichte adviestoevoeging’ en de voor deze toevoeging verschuldigde eigen bijdragen. De toenmalige Wet op de rechtsbijstand bood deze grondslag nog niet.[34] Onder de vigeur van de oude Wet op de Rechtsbijstand (art. 25 lid 1) diende een rechtzoekende bij zijn aanvraag om een toevoeging, een door de burgemeester van zijn woonplaats af te geven verklaring omtrent inkomen en vermogen te overleggen aan de raad (Procedure Bureau voor Rechtshulp). Daaruit zou dan het inkomen en de vermogenspositie blijken. In de nieuwe wet zou het inkomens- en vermogensbegrip worden gekoppeld aan het fiscale inkomens- en vermogensbegrip, zodat het eerste lid ging bepalen dat het sofi-nummer (BS-nummer) moest worden verstrekt aan de Raad voor rechtsbijstand.[35]

Juridisch Loket & geen draagkrachtberekening

Ook kwam artikel 7 Wet op de Rechtsbijstand (draagkrachtberekening) bijvoorbeeld te vervallen. Daarin was bepaald dat, alvorens op grond van artikel 19 verdergaande rechtsbijstand te verlenen ten vervolge op een spreekuur, het inkomen van de rechtzoekende moest worden onderzocht. Anders dan ingeval van de berekening van de draagkracht in het kader van een toevoeging, werd in het onderhavige kader de draagkracht berekend op grond van het geschatte inkomen en vermogen in het jaar waarin de rechtsbijstand werd aangevangen. Bij het Juridisch Loket zou immers geen rekening worden gehouden met de draagkracht van de rechtzoekende.[36]

De stand van zaken in 2006:

Gefaseerd zijn de werkzaamheden van alle Bureaus voor Rechtshulp overgenomen door het Juridisch Loket. Per 1 januari 2006 sloot ook het laatste Bureau voor rechtshulp te Amsterdam haar deuren. Gekeken naar de ontwikkeling die het Juridisch Loket in de eerste drie jaren doormaakte, concludeerde de Minister van Justitie, J.P.H. Donner, dat het Juridisch Loket ‘steeds beter functioneert’.[37]
Ontwikkeling publiekscontacten bij de eerste 5 juridische loketten vanaf 1-12-2004
1-5-2005 1-11-2005 1-5-2006
1. website 118% 62% 300%
2. e-mail 12% 163% 122%
3. telefoon 24% 27% & 4,5%
4. balie 7% 11% 5%


Realisatie en bijgestelde prognose op basis van de realisatie t/m 30 april 2006:
realisatie t/m 30-04-2006 prognose ná 30-04-2006 totaal overige*
1. opbouw loketorganisatie 11,4 0 11,4
2. overgang naar privaat domein 3,7 1,8 5,5 4,4
3. gefaseerde invoering 3,6 1,8 5,4
totaal incidentele kosten 18,7 3,6 22,3 4,4

Lees hier over de openingstijden van het Juridisch Loket. Juridisch loket open

Meer informatie

Juridisch Loket Alkmaar
Juridisch Loket Almelo
Juridisch Loket Almere
Juridisch Loket Amersfoort
Juridisch Loket Amsterdam
Juridisch Loket Arnhem
Juridisch Loket Assen
Juridisch Loket Breda
Juridisch Loket Den Bosch
Juridisch Loket Den Haag
Juridisch Loket Dordrecht
Juridisch Loket Eindhoven
Juridisch Loket Emmen
Juridisch Loket Enschede
Juridisch Loket Groningen
Juridisch Loket Haarlem
Juridisch Loket Heerlen
Juridisch Loket Leeuwarden
Juridisch Loket Leiden
Juridisch Loket Lelystad
Juridisch Loket Maastricht
Juridisch Loket Middelburg
Juridisch Loket Nijmegen
Juridisch Loket Roermond
Juridisch Loket Rotterdam
Juridisch Loket Tilburg
Juridisch Loket Utrecht
Juridisch Loket Zaandam
Juridisch Loket Zutphen
Juridisch Loket Zwolle

[1] Kamerstukken II, 2003/04, 29200 VI, nr. 21, p. 297.

[2] Kamerstukken II, 2002/03, 28600 VI, nr. 119, p. 6.

[3] Kamerstukken II, 2003/04, 29200 VI, nr. 170, p. 4.

[4] R. Rijkschroef en J. de Savornin Lohman, Toekomstverkenning gefinancierde rechtsbijstand, Verweij Jonker Instituut, Utrecht, 2001.

[5] Kamerstukken II, 2000/01, 27400 VI, nr. 67, p. 4.

[6] Vgl. Kamerstukken II, 2000/01, 27400 VI, nr. 88, p. 8.

[7] Kamerstukken II, 2000/01, 27400 VI, nr. 67, p. 1.

[8] Kamerstukken II, 2000/01, 27400 VI, nr. 67, p. 4-5.

[9] Kamerstukken II, 2000/01, 27400 VI, nr. 67, p. 5.

[10] Kamerstukken II, 2000/01, 27400 VI, nr. 67, p. 8.

[11] Kamerstukken II, 2000/01, 27400 VI nr. 78, p. 1; Kamerstukken II, 2000/01, 27400 VI nr. 81, p. 1.

[12] Handelingen II, 2000/01, nr. 96, p. 6009

.

[13] Kamerstukken II, 2001/02, 28000 VI, nr. 7, p. 1.

[14] Kamerstukken II, 2002/03, 28600 VI, nr. 33, p. 1-2.

[15] Advies van de Commissie toekomstige inrichting stelsel gesubsidieerde rechtsbijstand, p. 4. < www.njb.nl/website/data/actuadoc/adl020802.pdf‎>.

[16] Advies van de Commissie toekomstige inrichting stelsel gesubsidieerde rechtsbijstand, p. 5. < www.njb.nl/website/data/actuadoc/adl020802.pdf‎>.

[17] Advies van de Commissie toekomstige inrichting stelsel gesubsidieerde rechtsbijstand, p. 9-10. < www.njb.nl/website/data/actuadoc/adl020802.pdf‎>.

[18] Kamerstukken II, 2002/03, 28600 VI, nr. 131, p. 19.

[19] Advies van de Commissie toekomstige inrichting stelsel gesubsidieerde rechtsbijstand, p. 14. < www.njb.nl/website/data/actuadoc/adl020802.pdf‎>.

[20] Handelingen II, 2002/03, nr. 18, p. 1145.

[21] Kamerstukken II, 2002/03, 28600 VI, nr. 119, p. 4-5.

[22] Kamerstukken II, 2002/03, 28600 VI, nr. 119, p. 5.

[23] Kamerstukken II, 2003/04, 29200 VI, nr. 6, p. 2.

[24] Kamerstukken II, 2002/03, 28600 VI, nr. 119, p. 7.

[25] Kamerstukken II, 2002/03, 28600 VI, nr. 131, p. 15.

[26] Kamerstukken II, 2002/03, 28600 VI, nr. 142, p. 4.

[27] Kamerstukken II, 2002/03, 28600 VI, nr. 142, p. 6.

[28] Kamerstukken II, 2002/03, 28600 VI, nr. 142, p. 8.

[29] Kamerstukken II, 2003/04, 29200 VI, nr. 6, p. 1.

[30] De huidige situatie is een stichting met meerdere nevenvestingen: Stichting het Juridisch Loket, Catharijnesingel  55  5de etage, 3511GD  Utrecht, KvK-nummer: 30198127.

[31] Handelingen II, 2003/04, nr. 13, p. 732.

[32] Kamerstukken II, 2003/04, 29200 VI, nr. 67, p. 2.

[33] Kamerstukken II, 2002/03, 28600 VI, nr. 142, p. 4.

[34] Kamerstukken II, 2003/04, 29200 VI, nr. 170, p. 3.

[35] Kamerstukken II, 2003/04, 29685, nr.3, p. 14.

[36] Kamerstukken II, 2003/04, 29685, nr.3, p. 14.

[37] Kamerstukken II, 2005/06, 30300 VI 176, p. 2.